donderdag 14 juli 2011

Los laten.

Als je altijd om een bepaald liedje moet huilen en je bent het zat om te huilen, dan luister je er eenvoudig niet meer naar. Maar aan jezelf kun je niet ontsnappen. Je kunt niet besluiten om niet meer met jezelf om te gaan. Je kunt niet besluiten om het kabaal in je hoofd uit te zetten.

Ik liep maar wat doelloos rond buiten. En de kou was prettig. Het had geregend en mist was er nu voor in de plaats gekomen. Een lichte nevel. Ik zwierf uren door de stad, fantaserend dat de mist alsmaar dichter zou worden en me dan zou opslokken. Het gaf me een heerlijk gevoel; de gedachte zo simpel te kunnen verdwijnen.
Terwijl ik realiseerde dat niemand wist wat er speelde in mijn leven, werd mijn hele wereldbeeld door elkaar geschud. Zoals wanneer je over een hobbelige weg rijdt en de macht over het stuur verliest en je, net een tikje, de berm in word geslingerd. De modder spat onder de wielen omhoog. Je weet de wagen weer recht te krijgen, maar hoe je ook oppast, hoe je je ook concentreert, je word telkens weer opzij getrokken. En op een bepaald punt wordt het zwaar, te vermoeiend, en overweeg je het stuur maar los te laten. De tragedie, of wat dan ook, maar over je heen te laten komen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten